Over Iconen – De Heilige Gregorios Palamas

Over Iconen – De Heilige Gregorios Palamas

De Heilige Gregorius Palamas
Over de heilige iconen.

De Heilige Gregorios Palamas

‘Je zal u geen afbeelding maken, noch van iets in de hemel hierboven, noch van iets op de aarde beneden of in de zee’ (Ex.20,4), in deze betekenis dat we ze niet mogen aanbidden en verheerlijken als goden. Want allen zijn schepselen van de ene God, geschapen door hem in de Heilige Geest door Zijn Zoon en Logos van God in deze laatste tijden vlees geworden uit een maagd. Hij is op aarde verschenen en werd deelgenoot van mensen.

Hij heeft voor de bevrijding van de mensen geleden, is gestorven en verrezen. Hij is neergedaald met zijn lichaam in de hemelen, en « zit neer aan de rechterhand van de Majesteit in de hoge »(Hebr.1,3). Hij zal wederkomen met Zijn Lichaam om levenden en doden te oordelen. Uit liefde voor Hem zal je een icoon maken, voor Hem die mens is geworden voor ons, en door Zijn icoon zal je hem in herinnering brengen en Hem aanbidden. Door de icoon zal uw verstand op een verheven wijze het eerbiedwaardige Lichaam van de Verlosser erkennen.

De Heilige Gregorios Palamas

Op dezelfde wijze zal je ook iconen maken van heiligen en ze vereren, niet als goden – want dit is verboden – maar omwille van onze gehechtheid, onze innerlijke genegenheid en het buitengewoon eerbewijs dat je voelt voor de heiligen. Ons verstand zal doorheen hun icoon hogerop wordt gebracht. Het was in deze geest dat Mozes iconen maakte van de Cherubijnen binnenin het Heiligste der Heiligen( Ex.25,40). Het Heilige der Heiligen zelf was het beeld van de hemelse werkelijkheid (Ex.25,40; Hebr.8,5), terwijl de heilige plaats een beeld was van de gehele wereld. Mozes noemde deze dingen heilig, hij aanbad niet datgene wat geschapen was, maar door het geschapene verheerlijkte hij God, de Schepper van de wereld. Je moet de iconen van Christus of de heiligen niet aanbidden, maar doorheen de iconen zal je Hem vereren die in de beginnen ons heeft geschapen naar Zijn eigen gelijkenis, en die vervolgens in Zijn onuitsprekelijk medelijden er heeft in toegestemd om aan de mensen gelijk te worden en erdoor te worden gedefinieerd .

Je zal niet alleen de icoon van Christus vereren, maar ook de gelijkenis met Zijn Kruis. Want het kruis is Christus’ groot teken en de triomf van de overwinning op de duivel en al zijn vijandige krachten. Om deze reden huiveren en vluchten ze wanneer ze de afbeelding van het Kruis zien. Eerder dan het Kruis was de afbeelding verheerlijkt door de profeten en heeft grote wonderen voortgebracht, en wanneer Hij die op het kruis hing, onze Heer Jezus Christus terugkomt om de doden en de levenden te oordelen zal dit groot en verschrikkelijk teken Hem voorgaan, vol van kracht en glorie (Matt.24,30).

Verheerlijk dus het kruis nu, opdat je dapper ernaar mag opkijken en erdoor mag verheerlijkt worden. En je moet de iconen van de heiligen vereren, want de heiligen zijn met de Heer gekruisigd, en je moet voor de verering het kruisteken maken. Zo breng je hun communio met het lijden van Christus in herinnering. Op dezelfde wijze moet je ook hun heilige schrijnen en gelijk welk reliek van het beenderen vereren, want Gods genade is niet gescheiden van deze dingen, zoals ook de goddelijkheid niet gescheiden was van Christus eerbiedwaardige lichaam in de tijd van Zijn leven-gevende dood. Door dit te doen en door hen te verheerlijken die God hebben verheerlijkt – want door hun leven toonden ze zichzelf volmaakt in hun liefde voor God – kan ook jijzelf tesamen met hen verheerlijkt worden door God. En met David zal je zingen : «Ik heb Uw vrienden in ere gehouden, o Heer’ (Psalm 139,17 – LXX).